Mireille van Eechoud, Brenda van der Wal: Creative Commons licensing for public sector information

IVIR rapport kaftIk had het al gelezen omdat ik voor een bijeenkomst was uitgenodigd die bij het onderzoek hoorde. Later kreeg ik het van verschillende kanten toegestuurd. Het is een blogpost waard.

Het IVIR onderzocht de mogelijkheden van Creative Commons licenties voor overheidsinformatie in Nederland. En: niet geheel toevallig is IVIR ?ɬ©?ɬ©n van de partijen in Creative Commons Nederland.

Voor wie het niet weet, Creative Commons is een initiatief om tegenover de bestaande copyright wetgeving, die bijna alles afsluit, een opener vorm van licenties te codificeren en uit te dragen. Partijen die Creative Commons licenties aan hun (creatieve) werken koppelen, geven andere mensen meer mogelijkheden om die informatie te kopieren of te bewerken. Creative Commons is opgericht in Amerika door (onder andere) Lawrence Lessig en “vertaald” naar andere landen.

Het onderzoek van IVIR plaatst het auteursrecht en databankrecht en andere in Nederland geldende kaders zoals de WOB en de Europese richtlijn voor hergebruik van overheidsinformatie naast de Creative Commons licenties.

Dat levert ten eerste een hele duidelijke samenvatting op van wat die wetgeving eigenlijk inhoudt, in hoeverre je er last van hebt, in hoeverre het consistent is en dergelijke. Ten tweede levert het een beeld van wat Creative Commons is en wat je er mee kunt. Deze twee maken het onderzoeksrapport al erg interessant. Ten derde levert het een vergelijking tussen deze twee en aanbevelingen voor hoe Creative Commons kunt inzetten bij overheidsinformatie.

Plat gezegd: als je het niet nodig vindt om de strikte wetgeving copyrights toe te passen, dan geeft het andere mensen veel duidelijkheid als je daarvoor een standaard licentie gebruikt zoals Creative Commons. Met name bij overheidsinformatie zijn er veel redenen te bedenken waarom die copyrightwetgeving niet voluit hoeft te gelden. En natuurlijk wat argumenten waarom niet alle Creative Commons licenties dan bruikbaar zijn. Ik zeg: “Information wants to be free”.

http://www.ivir.nl/publications/eechoud/CC_PublicSectorInformation_report_v3.pdf

Filip Vandendriessche en Jef Clement: Leiding geven zonder bevelen

kaft leiding geven zonder bevelenVandendriessche en Clement schreven een boek over de kunst van management, maar dan op het niveau van het geven van een opdracht. En dat is precies het niveau waar het nogal eens aan ontbreekt.

De auteurs stellen dat je bij het geven van een opdracht vier niveaus hebt:
1. het probleem
2. het doel dat je wilt bereiken
3. de criteria waaraan de oplossing moet voldoen
4. de oplossing

In principe moet je als manager nooit verder gaan dan niveau 3. Dat zorgt ervoor dat je enerzijds medewerkers de ruimte geeft om zelf een oplossing te zoeken, wat behoorlijk motiverender is dan verteld krijgen wat je moet doen. Anderzijds geef je een duidelijk kader aan waardoor de geschiktheid van een oplossing verifieerbaar is. Continue reading

Frederick P. Brooks: The mythical man-month

mythical man-month kaftThe mythical man month is een absolute all-time klassieker op het gebied van software management. Het boek stamt uit 1986 maar een groot deel is zo actueel als het maar kan. En het boek begint met een Neerlandsch gezegde: ?¢‚Ǩ?ìEen schip op het strand is een baken in zee.?¢‚Ǩ¬ù (?)

Brooks valt meteen met de deur in huis door een statement te maken dat wij allen projectleiders, teamleiders etcetera al lang vermoeden, maar moeilijk uit kunnen leggen, al helemaal aan onze opdrachtgevers. Het gaat ongeveer als volgt:
– je hebt een software programma; dat is wat een beetje programmeur best handig in elkaar kan knutselen
– je hebt een software product; dat is een programma, met handleidingen, documentatie, getest en al, klaar om te distribueren, met readme’s, disclaimers en wat dies meer zij
– je hebt een software systeem bestaande uit allerlei componenten die met elkaar moeten praten, samen moeten werken, onder een architectuur moeten fungeren etcetera

Een software product kost drie keer zoveel tijd en geld als een softwareprogramma. Een softwaresysteem kost drie keer zoveel tijd en geld als een softwareprogramma. Een softwaresysteem dat als gereed product moet fungeren kost negen keer zoveel tijd en geld als een softwareprogramma. Wat fijn om dat eens te kunnen uitleggen iedere keer als iemand roept: ?¢‚Ǩ?ìdat kun je toch zo wel even programmeren??¢‚Ǩ¬ù
Continue reading

Roovers, Kuiper, Keller: Het Midoffice

Elektronische dienstverlening tussen frontoffice en backofficekaft midoffice

Keller en co hebben heel veel gedaan in het uitdenken en invoeren van het midofficeconcept bij gemeenten in Nederland, samen met Mark van den Broek van Egem. Het is vast niet helemaal toevallig dat van den Broek nu bij Kellers bedrijf M&I Argitek werkt..

Dit boek is het resultaat van hun denken over midoffices en daarmee een tussentijdse mijlpaal. Alhoewel het uit eind 2006 stamt is het gewoon een duidelijk conceptueel verhaal over de rol van het midoffice bij elektronische dienstverlening door gemeenten. In een lekker tempo wordt je door de ontwikkelingen op dat gebied geleid, door verschillende mogelijkheden en door de verschillende componenten die zich in het frontoffice, midoffice en backoffice bevinden. Alhoewel doorgaans goed leesbaar voor iemand met enige interesse in deze materie, gaat het boek af en toe ook dieper in op technische concepten, bijvoorbeeld rondom web services.
Continue reading

Roger Fisher, William Ury: Getting to Yes

getting to yesNegotiating agreement without giving in.

Getting to Yes geeft een verhelderend inzich in de wereld van onderhandelen. Onderhandelen.. iedereen doet het, veel mensen hebben er een hekel aan, sommigen vinden het leuk. Ik zie het tenminste als een noodzakelijk kwaad en hanteer het principe dat mensen nou eenmaal andere gezichtspunten hebben en dat het goed is daar over te praten. Wat mij betreft is het echt een must-read voor iedereen die zich beroepshalve wel eens met onderhandelen bezig houdt.

Getting to Yes verkocht 2 miljoen exemplaren in 20 talen en is daarmee een redelijk invloedrijk werk. Het boek is ontstaan door het Harvard Negotiation Project. Getting to Yes beschrijft een aanpak die leidt tot slimme, effici?ɬ´nte en amicale overeenkomsten. De meeste onderhandelingen zijn gebaseerd op “positional bargaining”, wellicht nog het beste te vergelijken met handjeklap op een veemarkt. Elk van de partijen neemt een bepaalde positie in en verdedigt deze liefst zo lang mogelijk, totdat het echt nodig wordt concessies te doen. Het resultaat: frustratie, een “winnende” en een “verliezende” partij of gedrochten van compromis. Continue reading

Thomas L. Friedman: The World is Flat

The globalized world in the twenty-first century

the world is flatIk had een beetje een moeizame start met dit boek. De metaforen die Friedman maakt en de uitleg van globalisering vond ik wat vergezocht. Friedman schept op over wie hij wel allemaal niet ontmoet. Hij noemt de dag dat Netscape naar de beurs ging een cruciale dag in de globalisering, hij verzint allerlei zaken om figuurlijk het concept van ?¢‚Ǩ?ìde wereld is plat?¢‚Ǩ¬ù te illustreren. Nogal Amerikaans. Hij noemt tien drivers voor globalisering, die ik allemaal anders genoemd zou kunnen hebben of anders gerangschikt. Er komen zoveel voorbeelden dat je de lijn kwijt raakt.

Maar dan: de voorbeelden van globalisering zijn echt heel erg mooi. Friedman heeft daar echt veel van gezien. En alhoewel ik zijn theorievorming door het hele boek heen niet erg sterk vind, maken die voorbeelden (en het zijn er heel veel) dit boek echt heel gaaf. Friedman vertelt over de eagerness van softwarebedrijven in India, over hele slimme oplossingen voor callcenter problematiek, zoals dat Indiase mensen een Engelse naam aannemen en een specifiek Engels accent om ze toegankelijker te maken. Hij vertelt over Jetblue, een vliegtuigmaatschappij die huisvrouwen inzet voor haar reserveringen, die vanuit huis werken en verbonden zijn met het reserveringssysteem. Hij beschrijft de supply chains van Wal Mart, de elektronica-industrie, de logistiek van UPS, hoe Microsoft haar research globaliseert etcetera etcetera etcetera. Stuk voor stuk zeer indrukwekkende staaltjes van wereldwijd organiseren. E?ɬ©n van de mooiste voorbeelden is nog hoe Friedman de supply chain beschrijft die ervoor zorgde dat hij zijn eigen (Dell-)laptop kreeg. Noem mij raar, maar daar kreeg ik bijna tranen van in mijn ogen.. 😉 Continue reading

37signals: Getting Real

Getting Real kaft37signals is een bedrijfje dat hele mooie en eenvoudige webapplicaties maakt en dat in dit boek pocht over haar aanpak en lessons learned.

Getting Real is eigenlijk meer een pamflet dan een boek. Ondanks het nogal hoge “wat zijn wij goed”-gehalte, zet dit boek in mijn beleving heel mooi neer hoe je een moderne webapplicatie ontwerpt, bouwt, uitrolt en promoot.

De kern: hou het simpel. Beperk je functionaliteiten, hou je organisatie klein, beperk je functionaliteiten, wees flexibel, werk iteratief, beperk je functionaliteiten en richt je op prioriteiten. En Get Real: hou op met functionele ontwerpen, visies en bla bla en ga schermen ontwerpen, want dat is waar mensen straks op gaan klikken. Continue reading